Oorlogsliederen

40

op het eind van elke liedbespreking is er een link naar een zelf geschreven partituur in PDF-formaat. Klik op de rode liedtitel.
Die partituur is in principe “instrumentaal” te horen op de MP3-link die net onder de PDF staat. Klik op de blauwe omschrijving.

Wereldoorlog 1914-18

93 items

Wereldoorlog 1940-45

96 items

Over soldaten & legerdienst

35 items

40 Commentaren

  • Vaes Jef schreef:

    Ik zoek het liedje: Zie jij die dode gloed. Dit werd gezongen door Marie-Jeanne vandiyck uit Halen op de viering van de zilveren helmen op zondag 10 augustus 2014

    • Johan schreef:

      Dat lied is ons onbekend, geen spoor van gevonden in het archief. Maar er is een goede kans dat “Marie-Jeannne Vandyck uit Halen” u kan vertellen waar dat lied vandaan komt!

    • Wim Van Geel schreef:

      Goede avond Jef, Hier bij geef ik jou de tekst van het Lied Ziet gij die rode gloed

      Ziet gij die rode gloed aan’t hemels rond
      Ziet gij die stromen bloed vloeien voor ons
      Twee volkeren strijden daar vermoorden wreed elkaar
      Schieten met moordend geweer elkander neer

      Jongens van achttien jaar staan in de rij
      Mannen met grijzend haar trouw hun zij
      Zij allen moesten toch onder de wapens nog
      Scheiden van vrouw en kind verloofd en vriend

      Zie je die grijsaard daar S
      Starend in ’t rond vermagerd van verdriet
      zijn zoon niet vond Daar in een droge sloot
      vind hij zijn jongen dood
      Naast hem zijn geweer geen kogels meer

      Waarom die oorlog toch
      Moet die er zijn
      Vernieling en terreur
      Verdriet en pijn
      Het is de hel op aard
      Die zelfs geen kinderen spaart
      Leg dus die wapens neer
      Geen oorlog meer

      • Johan schreef:

        Ha! Geen “dode gloed” maar een “rode gloed”, geen wonder dat ik bij mijn vorige zoektocht niets terugvond.

        Op http://www.seniorplaza.nl vond ik in januari 2013 deze tekst van het lied getiteld “Jongens van achttien jaar”, zoals het ook door de Zangeres Zonder Naam werd gezongen in 1966 – zie https://youtu.be/An9YF3CGhYc De muziek hiervan zou gecomponeerd zijn door Jean Kraft en Johnny Hoes. De tekst is veel ouder en van een onbekende auteur.

        ’t Is nacht een donk’re nacht zonder gedruis
        Hier in de eenzaamheid, zo ver van huis
        Opeens weerklinkt bevel, de vijand nadert snel
        Mannen houdt u gereed, de strijd wordt heet
        Opeens weerklinkt bevel, de vijand nadert snel
        Mannen houdt u gereed, de strijd wordt heet

        Jongens van achttien jaar staan in de rij
        Mannen met grijzend haar trouw aan hun zij
        Zij allen moesten toch, onder de wapens nog
        Scheiden van vrouw en kind, verloofd’ en vrind
        Zij allen moesten toch, onder de wapens nog
        Scheiden van vrouw en kind, verloofd’ en vrind

        Zie je die grijsaard daar gebroken staan
        Hij vouwt vol bitt’re smart zijn handen saam
        Ginds in een droge sloot vond hij zijn jongen dood
        Naast hem lag zijn geweer, geen kogels meer
        Ginds in een droge sloot, vond hij zijn jongen dood
        Naast hem lag zijn geweer, geen kogels meer

        Ach waarom moet er steeds weer oorlog zijn
        Vernieling en terreur, verdriet en pijn
        Het is een hel op aard, die zelfs geen kind’ren spaart,
        Leg dus de wapens neer, geen oorlog meer
        Het is een hel op aard, die zelfs geen kind’ren spaart
        Leg dus de wapens neer, geen oorlog meer.

        Geen “rode gloed” hier. Wel vond ik in november 2008 “Ziet gij die rode gloed” op http://www.cubra.nl en er komen hele stukken van overeen met het vorige lied:

        Ziet gij die rode gloed
        aan ’s hemels strand?
        Ziet gij dat heldenbloed
        vloeien in ’t zand?
        Twee volk’ren strijden daar,
        vermoorden wreed elkaar,
        schieten elkander neer
        met moordgeweer.

        Jongens van achttien jaar
        staan in een rij.
        Mannen met grijzend haar
        staan aan hun zij.
        Zij allen moesten toch
        onder de wapens nog.
        Scheiden van vrouw en kind,
        van maat en vrind.

        De nacht is stil alom
        zonder gedruis.
        Dan klinkt een krijgsgezang
        heel ver van huis.
        Dan klinkt er een geweer:
        de vijand nadert weer.
        Mannen, houdt je gereed,
        de strijd wordt heet.

        Ziet gij die grijsaard daar,
        starend in ’t rond
        Vermagerd van verdriet,
        zijn zoon niet vond.
        Ginds in die droge sloot
        Daar ligt zijn jongen dood.
        Naast hem ligt zijn geweer,
        Geen kogels meer.

        Ziet gij die graven daar,
        een offer rijk.
        Daar zwaait de dood zijn staf
        van lijk tot lijk.
        En menig jonge held,
        op ’t slagveld neergeveld,
        slaapt er de dood in ’t graf.
        Soldaat, slaap zacht.

        In het boek “Huilen op de kermis”, een bloemlezing samengesteld door Dr. Tjaard De Haan in 1968, verklaart deze geleerde man dat de bijhorende melodie bijna identiek is aan “Nearer, my God, to thee” (1856) – zie http://hymnary.org/media/fetch/146712 en hoor https://youtu.be/PKsr49csFYk , bij ons beter bekend als “Nader bij U, mijn God”. Niet de melodie gebruikt door de ZZN. De tekst zou geschreven zijn tijdens WO I
        Het “strand” in de eerste strofe van de vorige versie is waarschijnlijk een klanknabootsing van een misbegrepen zinsnede, want in onderstaande (oudere?) versie is het de “hemeltrans”, dus de horizon of gewoon de lucht:

        “Ziet gij die rode gloed
        Aan ’s hemels trans?
        Ziet gij die stromen bloed,
        Die vloeien thans?
        Twee volken strijden daar,
        Vermoorden wreed elkaar,
        Schieten elkander neer,
        Met moordgeweer.

        ’t Was nacht, ’t was donk’re nacht,
        Niets geen gedruis,
        Soldaten slapen zacht,
        Dromend van thuis.
        Opeens klonk daar ’t bevel:
        “De vijand nadert snel,
        Mannen, houdt u gereed,
        De strijd wordt heet.”

        Jongens van achttien jaar
        Staan in de rij;
        Mannen met grijzend haar
        Trouw aan hun zij.
        Zij allen moesten toch
        Onder de wapens nog;
        Scheiden van vrouw en kind,
        Van maagd en vriend.

        Ziet gij die grijsaard niet,
        Starend in ’t rond?
        Vermagerd van verdriet
        Zijn zoon niet vond.
        Ginds in die droge sloot,
        Daar lag zijn jongen dood;
        Naast hem lag zijn geweer –
        Geen kogels meer.

        Ziet gij dat grote graf
        Aan d’IJseldijk?
        De dood zwaait daar zijn staf
        Met lijk op lijk.
        Zo menig dapp’re held,
        Op ’t slagveld neergeveld,
        Rust daar in ’t stille graf.
        Broêrlief, slaap zacht.

  • nozem schreef:

    Ik zoek een liedje dat zo begint:

    ’t was in de oorlog van 14,
    ik werkte op het land,
    ik hoorde zegge dat oorlog wier,
    ik stak den boel in brand.
    ik pakte mijne riek,
    mijn gaffel en mijn zeis,
    ik at nog 7 boterhamme oep mee appelspijs

    Waarschijnlijk is de titel “Boerke Nijs”
    Was in de streek van Boom heel bekend.

    Kent iemand de volledige tekst?

    nozem

    • Herman schreef:

      Ik zoek de muziek van dat liedje. Heb jij misschien de titel en de uitvoerder?

    • andreas Jaquet schreef:

      De oorlog 1914 1918

      In 1914 den Duits kwam in ons land
      Ik hoorde zeggen dat t’oorlog was
      En ik liet mijnen boel in brand
      Ik zwierde weg mijn gaffel
      Mijne riek en ook mijn zeis
      En ik frette zeventien boterhammen op
      met appelspijs

      Toen moest ik daar gaan lopen ,
      Mijn schop op mijne rug
      Mijn zeis tussen mijn tanden
      En toch liep ik nog vlug
      Mijn zakken vol patatten
      en eieren onder mijn klak
      En aan mijn kont daar hing ne pispot
      met ne rol papier voor t’gemak

      Zo moest ik eens bommen gaan gooien
      Op de statie van den Dam
      Maar zoals gij wel zult denken
      Er kwam daar niet veel van
      Ze vielen er allemaal neffen ,
      maar dat trok ik mij niet aan
      Ze hadden toen die statie maar
      op haar plaats moeten laten staan

      Zo moest ik eens gaan schijten
      Was me dat daar een sport
      Nu schoten ze met een miteralieur
      Van achter in mijn fort
      Wel zes en dertig gaatjes ,
      dat viel verdomd niet mee
      Mijn kont die zag er uit
      zoals een lekkende trizee

      En toen kon ik naar huis gaan ,
      den oorlog was gedaan
      En mijn vrouw kwam mij afhalen ,
      maar dat stond mij niet erg aan
      Zij kwam daar afgelopen
      t’Was precies zo ne vogeleschrik
      En zij riep : d’as conkurentie
      Nu hebt gij meer gaatjes dan ik
      ——————

      • Gino Van Vlierberghe schreef:

        Mijn excuses maar er staat een klein foutje in de tekst. Hij frette 14 boterhammen ipv 17. 😄😄

        • Johan schreef:

          Inderdaad, ook in de handgeschreven versie van soldaat Albert Leemans, 1e Regiment jagers te voet, gelegerd te Charleroi, wordt er in “Oorlogslied 1914” gezongen van “14 boterhammen geplek met appelspijs”. Er zijn overigens wel meer fundamentele verschillen met de (veel) latere versies… Op een liedblad van Bertha Rusbach (zie reactie van 20 januari 2021 om 03:14 ) zijn het dan weer 7 boterhammen…


          Deze fragmenten zagen we in “Volksliedonderzoek in Grimbergen, Beigem en Humbeek”, Jan Laermans,K.U.L., 1984, pag 724-738

    • Tom bastin schreef:

      Heb net een plaat van Bing barlow en daar staat het op

  • Ilse De roeck schreef:

    Ik heb de volledige tekst van bovenstaand lied .

  • Marc schreef:

    Ik heb het plaatje op 45 toeren .

  • Martine schreef:

    Ik zoek “wat eten we in oorlogstijd, gelei”…

    • Johan schreef:

      Dat is op de muziek van “de koekoek”, in Nederland beter bekend als “Al is ons prinsje nog zo klein” en verwant aan “Al wie in januari geboren is, staat op”
      We vonden het op een liedblad van Jacques Van Gestel en/of Hubert Geens uit Aarschot
      Zie Liedje van de Gelei”

  • Timo Frans schreef:

    Hallo, mijn overgrootmoeder is overleden en wij waren gaan kijken voor eventuele herinneringen.., tijdens het zoeken ben ik een enveloppe tegen gekomen met daarin een lied en bovenaan “Soldatenlied”, die was natuurlijk van mijn overgrootvader, ik zou hier graag wat meer over willen weten. De beginnende tekst en het refrein zal ik hieronder plaatsen.

    In 1914 ik werkte op ons land
    Ik hoorde zeggen dat oorlog was, en liet mijn ploeg in Ierland.

    Ik pakte gauw een riek, een gaffel en een veis.
    Ik frette 17 boterhammen op met appelspijs.

    Ref: Haar aan den hond zijn poten
    Haar aan den hond zijn kont

    enz.

    • Johan schreef:

      Komt me bekend voor – zie eerdere reactie door Andreas Jacquet e.a.
      De “veis” zal wel een zeis zijn vermoed ik en dat soldaten braaf over “den hond zijn poten” zongen geloof ik niet. ’t Zal wel iets anders geweest zijn dat er op rijmt maar men niet durfde op papier zetten.
      Staat er niets bij in verband met de zangwijze?

    • Johan schreef:

      Heb dit lied vandaag gevonden op een liedblad van Bertha Rusbach ons toegestuurd door Leo Coulier, onder de titel “Jan Zonder Vrees”, evenwel zonder dat refrein. Rusbach zegt dat de zangwijze “De Leugenaar” is.

  • riske schreef:

    beste allen
    In liederengazet van Louis Boeren ” De Kee” van Zonhoven
    eenzelfde verhaal maar onder de titel
    Jan zonderVrees

    • Johan schreef:

      OK, maar in welke “liederengazet”? Hij heeft er tientallen uitgegeven. Ik heb circa 250 liedjesteksten van Louis Boeren, dat “soldatenlied” zit er niet tussen.

  • riske schreef:

    beste johan
    De liederengazet die ik heb meld geen uitgave nr.
    Ik kan het je wel doorsturen via pe of ander mediakanaal
    grtjs
    riske

  • Dirk schreef:

    Hallo, ik zoek de tekst en info van een lied dat mijn grootmoeder vaak zong, een deel klonk zo:
    “En den duits, en kom mer af, aan den Ijzer, aan den Ijzer, en den duits, en kom mer af, aan den Ijzer daar is uw graf …
    … en de Rus zit in Berlijn, doar zal het kermis zijn …

    Alvast bedankt voor te helpen aan mijn mooie herinneringen.
    Mijn grootvader was werkweigeraar en gedeporteerd naar Lager Antonie bij IG Farben

    • Johan schreef:

      Ben ik nog nergens tegengekomen. Het lijkt erop dat het (kinder)liedje “En zo rijden wij te paard, op ’n ezel, op ’n ezel; en zo rijden wij te paard, op ’n ezel zonder staart” als “melodie” gebruikt werd.

  • Walter Lelièvre schreef:

    avond Johan,
    Proficiat met de “oorlogsliederen”. Heel mooi.
    Heb zelf een collectie soldatenliederen (Belg, Frans, Duits en Engels), gedichten en toneelstukken geschreven tijdens WOI in de tranchees.
    Mijn naam is Walter Lelièvre en ben de voorzitter van de heemkring Ramscapple a/d Yser en tevens de stadsarchivaris van Nieuwpoort. Ben 72 en heb in 2014 het Belgisch madeliefje (kersouwken = West Vlaams) teruggevonden. Heb daar heel veel van zelfs een gedicht. Ik vroeg mij af of er ooit in een liedje het madeliefje is vernoemd?
    nog een fijne avond,
    Walter

    • Johan schreef:

      Het madeliefje komt meermaals in liederen voor.
      Het speelt een hoofdrol in een kinderliedje geschreven door Simon Abramszoon (1867-1924) op muziek van Lambert Adriaan van Tetterode (1858-1931).
      Remi Ghesquière schreef muziek bij “Zodra het madeliefje piept”, een tekst van Willem Gyssels, gepubliceerd in “Het Meezennestje deel III” (1927).
      Emmanuel Hiel schreef het lied “Madeliefje” op tweestemmige muziek van Ernest Van Nieuwenhove. Het Willemsfonds publiceerde het in “Keus uit de Vlaamse Liederenschat” (circa 1955).
      Op een marktzangersliedblad van “De Volendammers” (circa 1953) stond het walsje “Wondermooi” van Marc Decorte en Hans Flower over een “madeliefje tussen rozen”. Dat lied is ook bekend (?) via uitvoeringen van Bob Benny of beter nog: van Jean Walter (CD “Vergeten Pareltjes – vol. 9”)
      Het lied “Madeliefjes van de straat” vonden we in de verzamelbundel “Het Weesmeisje op het Kerkhof” (circa 1945), overgenomen van liedbladen van straatzangers door Wouter Jan Dekker.
      Tamboer verzuchtte tegen de “Schoone Julia” in het refrein: “Gij madeliefje van mijn hart, wordt toch mijn vrouw”
      In het liedjesschrift van Martha Criel (Evergem, 1917) staat het lied “Madeliefje, tooverig bloempje, al verspreid gij genen geur…”, zonder vermelding van zangwijze of auteurs.
      En tenslotte staat op deze website het marktzangerslied “Het bedelaarskind“, gebaseerd op een tekst van Rosalie Loveling, waarbij het madeliefje het slotvers bekroont.

  • joke zomer schreef:

    Lang geleden hoorde ik een liedje wat kindervragen van kinderen die in de (1e? of) 2e wereld oorlog gesteld hadden kunnen worden.
    Weet niet alles meer maar kleine stukjes wel..

    Waarom is de aarde rond pa,
    waarom is hij niet vierkant?
    Waarom gaat de zee niet verder
    dan precies tot aan het zand?
    …….?
    Waarom is het brood zo zwart pa
    maken ze dat van kolengruis?
    Hadden we daarom van de winter zo weinig steenkolen in huis..

    Een een ander liedje mijn vader zich ter dele herinnerde uit zijn jeugd ( geb. 1936).
    Dat was een versie die over de bezetting door de Duitsers ging als variant op..

    Als de blanke top der duinen schittert in de zonnegloed
    en de Noordzee vriendelijk bruise
    Neerlands smalle kust begroet

    Dan iets in de trent van

    …. om de 25 meter zo’n verwenste rotmof staat
    juich ik aan op het vlakke strand, ge komt nooit aan de overkant..

    Zou het waarderen om die stukjes weer te achterhalen. Door mijn zoek tocht kwam ik op deze interessante site Wreed en Plezant terecht.
    vriendelijke groet Joke

    • Johan schreef:

      Het eerste liedje vond ik terug in het boek “Morgen komt een nieuwe dag” (ISBN 90 261 0425 1 uitgave 1990) onder de titel “Kindervragen” en het wordt daar een “bewerking” genoemd “naar Clinge Doorenbos”.
      Het staat momenteel ook op de website “SeniorPlaza” – zie https://seniorplaza.nl/liedjes/waarom-is-de-aarde-rond-pa-versie-1/
      Een tweede, misschien recentere bewerking is te horen op YouTube – https://youtu.be/5qkjAMOpTSA

      In hetzelfde boek “Morgen komt een nieuwe dag” staat ook de oorlogsversie van “Waar de blanke top der duinen…” en dat zou geschreven zijn door J. Pearl die meewerkte aan het radiocabaret “De Watergeus”:
      Waar de blanke top der duinen
      Afgezet met prikkeldraad
      En op elke honderd meter
      Weer zo’n lamme rotmof staat
      Juich ik aan het vlakke strand
      Met een Oranjevlaggetje in m’n hand:
      Ze komen nooit aan d’overkant
      Ze komen nooit aan d’ overkant.

  • Marie schreef:

    Hallo Johan, ik ben voor mijn moeder op zoek naar een oorlogsliedje die zou beginnen als volgt : “Ah moederke mag ik vertellen, wat ik heb gedroomd deze nacht, misschien zal t uw hartje wel kwellen…….. T was oorlog ik zag de soldaten…. ” mijn moeder zingt steeds die eerste zinnetjes en verder herinnert ze het niet. Zeggen jou die iets? Vriendelijke groet, Marie

    • Johan schreef:

      Het lied “De oorlogsdroom van een kind” stond op het repertoire van Tamboer en hij is dus allicht ook de tekstschrijver. Hij zong het naar eigen zeggen op de melodie van “Drinkt”, dat is “Trink, trink, Brüderlein trink” van Wilhelm Lindemann (1882-1941), partituur o.a. hier: https://www.studentenliederboek.be/384-trink-bruderlein-trink.html
      Je kan een “originele” versie hier beluisteren en bekijken: https://youtu.be/zufBBLI_Wu0

      De volledige tekst van Tamboer:

      Ach moeder mag ik u vertellen
      Wat ik heb gedroomd deze nacht
      Misschien zal ’t uwe harte wel kwellen
      Die zuchte een knaapje zoo zacht.
      ’t Was oorlog en ‘k zag de soldaten
      Te paard en gewapender hand
      Mijn vader moest ons ook verlaten
      En vechten voor het vaderland

      Spaar mij ! Spaar mij ’t verdriet
      Hij die ons zoo zeer bemint
      Sprak toen hij ons verliet
      Vaartwel mijn vrouw en mijn kind
      Hij trok naar het slagveld met poer en geweer
      Een schot die velde hem neer
      En uwen droom heeft de waarheid beseft
      Die ons in d’ armoe hier treft

      Ik hoorde en ‘k zag kommandeeren
      Vooruit in ’t gevecht als een hond
      De vlam en het vuur der geweren
      Soldaten die vielen ten grond
      En eenen die vreed lag te smeeken
      Ik hoorde zijn stervende stem
      Kon ik tot mijn vrouw nog eens spreken
      ‘k Herkende mijn vader in hem

      Ik zag daar de helden begraven
      Zij wierpen ze al ondereen
      Daar rusten de lijken der braven
      In ’t veld zonder kruisken noch steen
      Ik trachte een noodkreet te slaken
      Bij ’t zien van dat oorlogsgeweld
      Maar eensklaps die kwam ik ’t ontwaken
      Daarmee heb ik alles verteld

      • Marie schreef:

        Hoe fantastisch dat je dat hebt kunnen uitpluizen! Het is inderdaad op die melodie dat mijn moeder het altijd zingt. Ze zal nu heel blij zijn de volledige tekst te kunnen zingen! Heel hartelijk bedankt 😃

  • Daniel Van Varenbergh schreef:

    Hoi kan iemand me helpen aan de volledige tekst en eventueel muziek.

    Mijn schoonmoederzaliger zong dit steeds aan de afwas en ging voor een stuk zo

    Arme soldaat
    Staat in ’t veld op een kruisje geschreven
    Arme soldaat
    Heeft zijn plicht hier betaald met zijn leven
    Rust maar in vrede
    Op ’t veld van eer
    Maar op een zekere keer
    Stond hij daar weer

    • Johan schreef:

      Is een lied van Lionel Bauwens, alias Tamboer, gezongen op de melodie van “Korenbloemenblauw”.
      Over min of meer hetzelfde thema en op dezelfde melodie zong Tamboer ook “Hij kwam terug“.

      De doodgewaande soldaat keert terug

      Tussen de doden geschreven
      Vond zij de naam in de krant
      Van hem die eens in zijn leven
      Streed voor zijn Vaderland
      Nu zou hij haar niet meer omhelzen
      Als vroeger weleer
      En haar kindje klein
      Dat deed haar pijn
      Zou het nu vaderloos zijn?

      Arme soldaat !
      Stond in ’t veld op zijn kruisje geschreven
      Arme soldaat !
      G’ hebt uw plicht hier betaald met uw leven
      Rust maar in vrede op ’t veld van eer
      Maar op een zekeren keer
      Stond hij daar weer

      Z’ had reeds zijn graf weest bezoeken
      Bloemen gelegd aan den voet
      Zijn naam was ook van de boeken
      Zo eindigt een laatste groet
      Zekeren dag klopt men aan de deure
      Een stem roept : wie daar ?
      En het antwoord klaar
      Opent nu maar
      Haar man stond levend voor haar

      Hij had aan ’t front wel gestreden
      Maar in een bombardement
      Waarin hij veel had geleden
      Heeft hij met een onbekend
      Die als burger gedood was verwisseld
      Van kleren totaal
      En ’t vroeger bericht
      Komt nu aan ’t licht
      Dat daar een ander man ligt

Plaats een antwoord

HTML-code is niet toegestaan (pech voor SPAMmers)

HTML-code niet toegestaan
Form filling spam bots are redirected to the FormSpammerTrap.com web site.

Loading...

Verstuur uw reactie

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Copyright © 1967-2024 Wreed en Plezant Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi sub-thema, v2.2, bovenop
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com