Reacties

Bezoekers van deze website kunnen desgewenst reageren op elke bijdrage en hun bedenkingen staan dan bij het bericht terzake onderaan vermeld.

Hieronder al die reacties samengebundeld in omgekeerde chronologische volgorde, de recentste dus bovenaan. Om de context terug te vinden kunt u klikken op de in rood weergegeven titel van het oorspronkelijke bericht.


  • Van Johan op Lied van den ouden tijd

    Een sterk gelijkend lied staat als nr. 174 in het liederenschrift van Eugène Koopman (1917) onder de titel “In mijnen tijd”. De tekst wijkt wel af maar de inspiratiebron is duidelijk.

    Het zijn al Dames en Mijnheren
    Wat men tegenwoordig ziet
    Al hun geld moet op in kleren
    Maar van eten spreekt men niet
    Als mijnheer en juffrouw promeneren
    Gelijk rijken met fatsoen
    Maar in hun buik hebben ze geen eten
    Beters hebben zij niet vandoen

    Maar in mijnen tijd
    Wier naar geen kleed gekeken
    Men had nog liever zijn buikske vol met eten
    Maar nu is het al behagen en lawijt
    Men had toch liever te fretten
    In mijnen tijd, in mijnen tijd

    Men vond in vroeger tijden
    Geen koppeltje van vijftien jaar
    Als ik uitging om te vrijen
    Met mijn vrouw, geloof me maar
    Zij was er vijftig zoals ik
    En zij was de bloem van ’t stad
    Maar nu blozen z’ al die dikken
    Juist gelijk een gekookte patat.

    Maar in mijnen tijd
    Hun haar lag in geen krinkels
    En was niet opgesmukt
    Men vond geen poeier winkels
    Maar ’t zijn allemaal kokette met lawijt
    Er was heel ander volk in mijnen tijd

    Vraagt nu aan getrouwde wijfkens
    Hoeveel kleintjes hebt ge al
    De ene zegt: ‘k laat het u wensen
    ‘k Geloof dat ‘k er geen krijgen zal
    maar een ander die heeft er eentje
    maar ’t weet gedurig van de gal
    een ander die heeft er ook eentje
    maar ik denk dat ’t sterven zal

    Maar in mijnen tijd
    Vond men hopen met kleinen
    En één, ja twee, zelfs tot drie dozijnen
    En ik voor mijn paart
    Bracht er wel dertig op ’t tapijt
    Maar ‘k was nogal ne kerel in mijnen tijd.

    Bekijk nu maar eens die man van pas dertig jaren
    En hij kan haast niet meer gaan
    En hij wordt ook al grijs van haren
    ’t Leven is bijna gedaan
    vraagt er soms aan hem een meisje
    om eens te vrijen in het fijn
    hij sprak tot haar: liefste sijsje
    dat kan bij mij al niet meer zijn.

    Maar in mijnen tijd
    ‘k Ben achtenzestig jaren
    en ‘k zou nog alle dagen
    in zo’n bootje willen varen
    want van die kwestie ben ik benauwd
    ‘k Kan er tien content stellen
    in dezen tijd, in dezen tijd.

    Ga naar de reactie
    2019/05/13 at 2:46 pm
  • Van Frans Smets-Moors op De wapenbroeder

    Na de bevrijding van ons dorp,Dessel, ging ik naar het Sint-Jan Berchmanscollege in Mol en hoewel de Duitsers nog maar pas verdreven waren, ik heb ze in Retie zien aftrekken, leerden wij dat lied al in de Duitse les. Ik ken, hoewel al 86 jaar oud, nog foutloos van buiten. Gisterenavond, tijdens de uitzending op Ned2 in het programma “Het zijn maar Duitsers” was het constant te horen en dat ontroerde mij zeer.
    Er was in dat programma iemand die geen het minste medelijden had met de gesneuvelde Duitse soldaten en dat is niet erg christelijk om niet meer te zeggen. Ik zou die man, want het zijn altijd mannen, willen vragen: “wat zoudt gij gedaan hebben moest gij een paar km verder oostwaarts gewoond hebben?” “Zoudt gij geweigerd hebben dienst te doen?
    Hoewel mijn grootouders en schoonouders tijden WO1 lang in Duitsland gevangen zaten, kan ik geen de minste haat koesteren tegen de Duitsers, wel tegen de Fransen die hier in Vlaanderen zo arrogant zijn dat ze onze taal minachten….
    NB. Ik koester de GIJ-vorm, het jij-en en jouwen van de Hollanders is aan mij niet besteed.
    Dat laatste is natuurlijk niet ter zake maar “soit”.

    Ga naar de reactie
    2019/05/06 at 2:40 pm
  • Van Van Hauwermeiren Noël op Als gij maar poen bezit

    Hartelijk dank Johan, dit is wel degelijk het lied dat ik bedoel, ik ben hier heel blij mee, nogmaals bedankt

    Ga naar de reactie
    2019/05/04 at 1:50 pm
  • Van Ben Lommelen op Wup-Wup

    Ut muziek, de Kempische groep uit de jaren 70 (en 80?) heeft er ook een plaatopname van gemaakt, naar de optekeningen van groepslid Harrie Franken. Ook zij zongen oeioei, aiai, en niet wup wup wierewierewup.
    Franken tekende ze op in Heeze (Kroniek van de Kempen 1988, p. 84) en in Valkenswaard (Liederen en dansen uit de Kempen, p. 502), telkens met gelijkaardige tekst en melodie als hierboven. Afgezien van de herhalingen die anders liggen en de toonaard, is de melodie helemaal dezelfde als hierboven en bij Sterck (als ik haar versie goed uit mijn geheugen ken, toch). Mogelijk hebben die plaatopnames en die TV-uitzending daar wel iets mee te maken?

    Ga naar de reactie
    2019/05/02 at 8:10 am
  • Van vermeiren carolus op Martelares van Antwerpen (15-08-1902)

    ik heb ook zo een postkaart in het vlaams maar met de naam hefren

    Ga naar de reactie
    2019/03/18 at 7:35 pm
  • Van Sonja heijmeriks op De wapenbroeder

    Dit lied (in verkorte versie) werd in tjihapit kamp gezongen. Ik was toen vijf of zes. Een van de weinige herinneringen. Ook het brandganglied herinner ik me nog. Vraag me af of er nog overlevenden zijn die zich dat herinneren.

    Ga naar de reactie
    2019/03/17 at 11:39 am
  • Van Roger Hessel op Het edelmoedig knaapje

    een variant van de melodie heb ik opgenomen in mijn werk “Het Volkslied in West-Vlaanderen”, onder de titel “Het arme kind””blz. 76 nr 24)
    Persoonlijk vind ik de melodie, die ik uit de volksmond heb opgetekend, iets mooier. Maar dat kan wel met mijn West-Vlaams chauvinisme te maken hebben.

    Ga naar de reactie
    2019/03/06 at 10:08 am
    • Van Johan op Het edelmoedig knaapje

      Die variant wordt elders “het Bedelaarskind” genoemd – op een tekst afkomstig van de bekende schrijfster Rosalie Loveling – en dat lied bespraken we uitvoerig 9 jaar geleden (op 2/12/2010).
      De melodie die Roger hiervan optekende in Assebroek bij Mevr. D. Verstraete is niet helemaal dezelfde maar heeft wel duidelijk dezelfde “roots”, welke dat ook moge zijn …

      Ga naar de reactie
      2019/03/06 at 5:42 pm
  • Van Johan op Vrees'lijk drama te Leefdaal (april 1933)

    Na nog wat opzoekingen: grootste slachtoffer in deze zaak was waarschijnlijk Alexandrine De Kelver (1895-1986) (alias “Riene van Belle”, dochter van Isabella Van Bruystegem). Zij was de moeder van het 13-jarig jongetje waarvan de vader kort na de geboorte was overleden. Zij hertrouwde in 1924 met Theophiel Van Elsen uit Loonbeek, kreeg nog een zoon en 2 dochters met hem maar na 9 jaar huwelijk was ze dus ook haar tweede man en haar eerste zoon kwijt door dit jachtongeval en ze bleef alleen achter met 3 kleine kinderen. Ze is 53 jaar later als weduwe gestorven.

    Foto genomen 5 jaar later op een gouden bruiloft in 1938: de dubbele weduwe
    Ga naar de reactie
    2019/02/23 at 11:52 pm
  • Van Johan op Bij het graf der tijden

    Roger Hessel mailt ons:

    Dag Johan,

    Het lied is in Vlaanderen gekend als “De laatste wals”. Het was in de jaren vijftig van vorige eeuw een groot succes. Als ik me niet vergis werd het op 78 toeren gezongen door Ray Franky, de charmezanger bij uitstek in Vlaanderen toen. In de danszalen was de “langzame wals” gekend als “een frottertje”, omdat hij dicht bij elkaar werd gedanst.
    Het lied, of een deel van het refrein, werd in de vijftiger jaren ook gebruikt bij het leger. Wanneer, in de landmacht, dienstplichtigen afzwaaiden, werd de laatste drie avonden de lichten uitgeblazen in fantasie, gespeeld door drie trompetters. Daarin kwam een deel van het refrein van “De laatste wals”.
    Een “weetje watje” dat je misschien ook wel weet, maar ik dacht: “het kan nooit kwaad om dit te melden”.

    groetjes,
    Roger

    n.b. Ik ben juist klaar met mijn werk over “Folklore in het Leger”. Daarin heb ik ook de partituur opgenomen van de lichten uitblazen in fantasie.

    Ga naar de reactie
    2019/02/23 at 10:13 pm
  • Van Johan op Bij het graf der tijden

    Het schiet mij nu ineens te binnen dat tijdens WO I door engelse soldaten nog een andere versie van “Auld Lang Syne” werd gezongen om de absurditeit van de oorlog aan te geven:
    “We’re here because we’re here because we’re here because we’re here …”
    Zie bijvoorbeeld https://youtu.be/UA730QtjOBE vanaf seconde 30 tot seconde 50
    Het is ook het titellied van een CD over de slag bij Passendale, van Coope, Boyes and Simpson + vrienden. Het lied staat eveneens op de CD “In Flanders Fields”

    Ga naar de reactie
    2019/02/23 at 9:49 pm

Copyright © 1967-2024 Wreed en Plezant Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi sub-thema, v2.2, bovenop
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com