0

De ramp van den Titanic (1912)

Geplaatst door Johan op 21 november 2011 in Eigen werk, liedbladen, liedboeken, liederen, Over Moord & Rampen |

RMS Titanic

De Titanic was een gigantisch schip (vandaar ook de naam: Titan was een Griekse mythologische reus), onzinkbaar volgens de bouwers dankzij een ingenieus systeem van waterdichte schotten. Helaas, zoals het in een nederlands straatlied treffend werd verwoord,

De Titanic, dit drijvende paleis,
Zou vergaan op zijn eerste reis.
De Titanic, zo onzinkbaar als zij was,
zonk spoedig weg in die grote waterplas.


en dat was in april 1912.

“Hoogmoed komt voor den val”, zegt het spreekwoord. Door de vermeende onkreukbaarheid van het schip was de aandacht verslapt en waren de veiligheidsvoorzieningen ondermaats.

Ik roep hier toe aan groot en klein,
De waarheid ligt in het refrein:
Men had van zoveel doden niet gehoord,
Als er veertig sloepen waren geweest aan boord.


U kent natuurlijk het verhaal, mede dankzij de vele boeken en films die eraan zijn gewijd.

Ook voor marktzangers was dit weer een uitgelezen dramatische gelegenheid om toehoorders te ontroeren en tot het kopen van liedbladen te bewegen.
Wij hebben uiteindelijk twee van die liedjes in ons repertoire opgenomen.
Het eerste is van een onbekende tekstschrijver. Hij koos als melodie “La Valse Brune“, een frans chanson van G. Krier uitgegeven in 1909

Het oorspronkelijke refrein, geschreven door Georges Villard, gaat als volgt:

C’est la valse brune,
des chevaliers de la lune
que la lumière importune
et qui recherchent un coin noir.
C’est la valse brune
des chevaliers de la lune
chacun avec sa chacune
la danse le soir.


Een eerder frivole aangelegenheid dus, maar dat past wonderwel bij het Titanic verhaal: daar werd ook volop gefeest en gedanst, of althans toch in de gedeelten waar “het rijk volk” zich ophield, en heel die sfeer van lichtzinnige vrolijkheid maakt de ramp des te dramatischer.

De tekst van dit Titanic-lied werd door Roger Hessel in een liedjesschrift aangetroffen, zonder aanduiding van herkomst. Hij schrijft in “De Filosofen van de Straat“:

"Het is normaal dat de marktzangers met veel vuur ook die ramp bezongen. Ondermeer het marktzangersechtpaar Antoon Verstraete-Marie Duverger bracht een lied getiteld De ramp van de Titanic - tweeentwintighonderd menschen aan boord, zevenhonderd driegered, vyftienhonderd drie verdronken. Een marktlied met een gelijkluidende titel, maar volgens mij met meer inhoud, vond ik in een liedschrift. Wie het lied ooit uitbracht weet ik niet maar de melodie kon ik wel terugbrengen. Het betreft hier de melodie Valse Brune."

De tekstschrijver was volgens ons alvast geen overlevende ooggetuige, want volgens het refrein verdronken velen “vol wee in de woeste zee”. Er was in werkelijkheid geen sprake van stormweer, integendeel, het was gewoon een botsing met een onverwachte hindernis, in casu een ijsberg.

Misschien was de auteur een fervente lezer van Het Laatste Nieuws: zijn liedtitel en de eerste strofe parafraseren als het ware een krantenkop van HLN dd. 18/4/1912.

 

De ramp van den Titanic

De grootste schipbreuk van ten allen tijden
is nu gebeurd overlaatst op de zee
waardoor er honderden huisgezins lijden
gansche families zijn in druk en wee
’t Schip werd op een ijsbank opengespleten
’t water drong in het ruim met volle macht
de pasagiers slaakten angstige kreten
’t Was enen akeligen nacht

’t Was roepen en wenen
och komt ons hulpe verlenen
’t Schip dat is aan het vergaan
ach komt ons toch bijstaan
Maar geen hulp kon baten
velen moesten ’t leven laten
velen verdronken vol wee
in de woeste zee

De kapitein kwam ’t gevaar te bemerken
dat de boot reddeloos verloren was
Hij gaf ’t sein om de redding te bewerken
en ’t personeel deed zijn best nu alras.
Wenende vrouwen en kinders te gader
plaatste men eerstens op de reddingsboot
daar scheiden zij van hun man of hun vader
nu was de droefheid groot.

Geen reddingsboten waren nog te vinden
en zoveel mannen waren nog aan boord
D’angst en de schrik kwam elkeen te verblinden
’t Was een gekerm een geroep ongehoord
Intussen was de boot weer aan het zinken
de mannen traden den dood tegemoet
nu moesten zij ginder allen verdrinken
zij gaven elkaar moed.

Niemand die kon het vergaan verhinderen
alles dat was nu te laat reeds betreurd
Onder de ogen van vrouwen en kinderen
werden de mannen met ’t schip meegesleurd
enkelen waren in ’t water gesprongen
en zwommen in dien onmeetbaren plas
’t IJskoude water liep in hunne longen
en zij stierven alras.

 

Partituur * De ramp van den Titanic *
      1. instrumentaal

Een ander lied over dezelfde gebeurtenis, dat we bewerkten voor eigen gebruik, vonden we terug in het boek “Zingende baren” van Jef Klausing. Hij zegt dat hij het toegestopt kreeg van John Lundström uit Antwerpen (1919-1990), wat niet wil zeggen dat die er de auteur van is. We vonden immers gelijkaardige teksten op andere blaadjes. Uiteindelijk maakten we een mix van 3 teksten, waarvan eentje uit Maaseik (en dus allicht uit Nederland overgewaaid) en eentje uit het Waasland. Vooral het kinderlijk eenvoudig en toch allesomvattende refrein sprak ons aan. De strofen zijn duidelijk gebaseerd op gazettenpraat, dat blijkt ondermeer uit het legendarische tafereel van de telegrafist die zou zijn blijven seinen tot het water aan zijn lippen stond. Het zal wel.

Bij gebrek aan verwijzingen naar een melodie bedachten we er zelf 1 zoals die volgens ons had kunnen zijn & in de stijl van John Lundström.

Refrein:

Hij is vergaan, die groten boot.
Voor vele mensen een kille dood.

Komt vrienden luistert naar mijn lied
dat ik hier kom te zingen
wat er onlangs is geschied
het zijn droeve dingen.
Den Titanic, dien groten boot
dien is er gezonken
menig zeeman vond de dood,
velen zijn verdronken.

Het was twee uren in de nacht,
wie had zoiets ooit gedacht?
In de zee vol woeste baren
is ’t schip op het ijs gevaren.
Zo gebeurde het malheur,
in de romp een grote scheur,
er was daar geen redden aan,
in de golven is ’t vergaan.

De kapitein riep: maak maar plaats
voor kinderen en vrouwen,
maar de massa was helaas
in zijn doodsangst niet te houwen.
Voor een plek op vlot of boot
werd gestreden, ja gemoord,
iedereen vocht voor zijn leven
moge God het hen vergeven.

De kapitein, een moedig man,
hij sprong ook in ’t water.
Hij redde vrouw, kind en man,
maar verdronk zelf later,
en den braven telegrafist
is tot ’t laatst gebleven
hij is met het schip vermist,
hij gaf ook zijn leven.

Partituur * Ramp van den Titanic *
      2. instrumentaal
      3. Live 21-03-2009 St Joris Winge

 

 

Tags: ,

Plaats een antwoord

HTML-code is niet toegestaan (pech voor SPAMmers)

HTML-code niet toegestaan
Form filling spam bots are redirected to the FormSpammerTrap.com web site.

Loading...

Verstuur uw reactie

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Copyright © 1967-2024 Wreed en Plezant Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi sub-thema, v2.2, bovenop
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com