0

Veracht toch nooit een vrouw (als ze zijn braaf en goed)

Geplaatst door Johan op 21 november 2012 in liedbladen, liedboeken, liederen, Wereldoorlog |

Het allerleerste marktzangerslied dat we uitprobeerden ergens in 1995, vonden we als “lied nr. 188” in het interessante boek over “Café Chantant” dat Willy Lustenhouwer in 1987 uitgaf, na jarenlang ijverig speurwerk. “Veracht toch nooit een vrouwe” is een pleidooi mét argumenten om de mannen aan te zetten de vrouw – en meer bepaald de moeder – te respecteren en te steunen, zeker als ze tegenslagen ondervindt.



uit: “Café Chantant”

Lustenhouwer kon bij een niet nader genoemde bron de melodie en 3 stroofjes + 1 refrein optekenen. We konden wel zien aan de tekst dat er hier en daar iets niet in de haak was, maar we vonden geen enkele andere bron om mee te vergelijken.

Tot we onlangs het boekje “Liedjeszangers uit Steenokkerzeel en ommeland” van Jos Lauwers op de kop tikten, via de Heemkundige Kring “Ter Ham” die het in 2001 had uitgegeven. Hierin is sprake van een liedblad, uitgegeven door Jan Buelens in Machelen voor rekening van het marktzangersduo “De Krol en De Strop van Machelen”.



Fragment van het liedblad – voorkant

Daarop staan dan de teksten van meerdere liederen, waaronder het pro-vrouwen pamflet. Dat blijkt in deze originele (?) versie 4 strofen en 4 lichtjes verschillende refreinen te bevatten, maar geen muziek.



fragment van het liedblad

Het liedblad is op geen enkele wijze gedateerd1. Afgaande op het laatste refrein zou het lied van circa 1919 kunnen dateren, want “onze koninginne” die vele soldaten bezocht moet Elisabeth geweest zijn, echtgenote van Albert I.



Koningin Astrid

Alleen, zoals onze postzegelverzameling ons eraan herinnert, dat deed ze ook tijdens Wereldoorlog II en aangezien ze tot haar dood de titel van “koningin” is blijven dragen…

Afgaande op het pleidooi in het lied voor meer eerbied voor de vrouw, neig ik meer naar circa 1945 omdat toen het debat over emancipatie en o.a. stemrecht voor de vrouwen hoog op de politieke agenda stond. Anderzijds wijst het taalgebruik dan weer meer in de richting van 1919.  Ook de reclame op het liedblad voor “Prachtautos Minerva, te huur voor Huwelijken, Doopen, Begrafenissen” wijst in die richting, want de topjaren van Minerva waren rond 1920, vlak voor de grote beurscrach, maar ze bleven auto’s produceren tot in 1934 en een verhuurbedrijf kan ze dus ook na WOII nog in gebruik hebben gehad: auto’s waren toen nog niet na 5 jaar versleten.

De oorsprong van de melodie hebben we (nog) niet kunnen achterhalen.


1 De publicitaire inlassing van drankhandel Emile RAMPELBERG-HANSOUL helpt ons misschien verder. Het koppel Guilelmus Emilius Rampelberg (°1884 + circa 1943) en Maria Catharina Hansoul (°1883 + 1957) huwde op 5/11/1906 in Machelen. Emile was toen nog brouwersgast en Katrien strijkster. Het is mogelijk dat zij 15 jaar later na WOI de drankhandel hebben overgenomen, en het is minder waarschijnlijk dat zij na WOII nog dergelijke reclametekst zouden publiceren aangezien Emile tijdens WOII zou gestorven zijn. Er had dan “weduwe” voor de namen moeten staan. “Zaal Thalia” werd blijkbaar door zoon Jos (°1905) overgenomen volgens een bericht van de Heemkundige Kring Machala op FaceBook (ondertussen offline blijkbaar)

Veracht toch nooit een vrouw

1. d’Eerste liefde maakt u verblind,
ge kunt elkander niet vergeten,
maar als ze spreekt van een kind,
dan wilt ge van haar niet meer weten.
Hij verlaat dan zijn liefste klein,
die bij dag en nacht is aan’t grijzen,
hij laat zijn liefste in pijn,
zonder op zijn kind nog te peinzen.

Veracht toch nooit een vrouwe,
als ze zijn braaf en goed.
En waarom ze niet trouwen?
Denkt altijd aan uw bloed?
Doet haar niet zo souffreren,
doet haar geen verdriet meer aan;
wil er uw kind respecteren,
wil de moeder bijstaan.

2. Acht jaar nadien werd ze bemind,
een rijke heer kwam haar te vragen,
hij vroeg haar saam met haar kind
ze trouwden op enige dagen.
Een tijd nadien de moeder zag
dat hij dat kind niet kon verdragen
en toen zei ze op een dag:
“’t Is mijn kind, ge zult het niet slagen!”

Veracht toch nooit een vrouwe,
als ze zijn braaf en goed.
Waarom moest gij mij trouwen
als ge veracht mijn bloed?
Doet mij niet zo souffreren,
doet mij geen verdriet meer aan;
wil er mijn kind respecteren,
wil een moeder bijstaan.

3. Den oorlog werd gedeclareerd,
mijn broeder speelt nog in mijn zinnen,
aan’t front werd hij geblesseerd,
zij droegen hem ’t hospitaal binnen
met armen en benen er af,
ik weende wanneer ik dat hoorde,
hij stierf, ’t lijden was te straf,
toch sprak hij nog zijn laatste woorden:

Veracht toch nooit een vrouwe,
als ze zijn braaf en goed.
Wie met mijn vrouw zal trouwen
moet zorgen voor haar bloed.
Vergeet toch geen soldaten
die moesten in oorlog gaan.
Er zijn kinderen verlaten,
wil dees moeders bijstaan.

4. Een vrouw moet zijn gerespecteerd,
ik zal u d’exempels gaan geven:
als een soldaat werd geblesseerd,
een vrouw redde dikwijls zijn leven.
Al zij die daar lagen in bloed,
van pijn te roepen en te klagen,
voor hen waren zij zo goed,
ze hielpen hen veilig wegdragen.

Veracht toch nooit een vrouwe,
als ze zijn braaf en goed.
Z’e’m ons in leven gehouwen
als we baadden in ’t bloed.
Gelijk ons koninginne,
die zoveel goed heeft gedaan.
Belgen, wilt ze nu beminnen,
wilt dees moeders bijstaan.

Partituur * Veracht toch nooit een vrouw *
      1. Live 20-03-2009 St Joris-Winge (fragment)

 

 

Plaats een antwoord

HTML-code is niet toegestaan (pech voor SPAMmers)

HTML-code niet toegestaan
Form filling spam bots are redirected to the FormSpammerTrap.com web site.

Loading...

Verstuur uw reactie

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Copyright © 1967-2024 Wreed en Plezant Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi sub-thema, v2.2, bovenop
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com